Verbieden technologische vooruitgang is geen optie

Staatssecretaris Alexandra van Huffelen wil rijksambtenaren voorlopig verbieden om AI-software zoals ChatGPT te gebruiken. Zij vindt de risico’s op het vlak van privacy en auteursrechten te hoog. Dat schrijft de Volkskrant op basis van een conceptvoorstel, dat de krant heeft ingezien. Het voorstel wordt binnenkort in de ministerraad besproken. Als die met het voorstel instemt, dan zal het verbod behalve voor overheidsdiensten ook voor hun leveranciers gaan gelden.

Het voornemen van de staatssecretaris van Digitale Zaken roept bij mij herinneringen op aan de ‘Donnerbrief’ uit 2011 over de toepassing van cloudcomputing binnen het Rijk.  In die Kamerbrief ontvouwt minister Donner zijn Cloud strategie voor de Nederlandse overheid. De Public Cloud wordt in de ban gedaan. ‘Ik moet vaststellen dat de argumenten tegen het toepassen van open cloud computing op dit moment globaal zwaarder wegen dan de voordelen. Deze argumenten hebben te maken met de onvolwassenheid van de markt en de eisen die worden gesteld aan de informatiebeveiliging.’ schrijft minister Donner. De brief vermeldt nog wel dat er ruimte ligt voor experimenten met cloud computing, zij het beperkt.

Terwijl organisaties wereldwijd de transitie maakten naar de publieke cloud, koos de Nederlandse overheid destijds voor een gesloten Rijkscloud in eigen beheer. Daarmee werden lagere beheerkosten en een groter gebruikersgemak beoogd. Het tegenovergestelde was het resultaat. De kosten liepen door investering in eigen infrastructuur en mensen fors op. De technologische achterstand ten opzichte van andere organisaties nam verder toe. In de praktijk bleek het verbod op gebruik van de publieke cloud ook moeilijk te handhaven. De voordeur was weliswaar gesloten, maar de achterdeur stond nog open voor ingebruikname van nieuwe SaaS-applicaties (waarvan een aantal onveilig). Vorig jaar is het Rijksbrede cloudbeleid uiteindelijk herzien en mogen overheidsorganisaties onder voorwaarden gebruik maken van publieke clouddiensten. Dit opent de weg voor versnelling van innovatie, die overheidsorganisaties kan ondersteunen bij het behalen van hun doelstellingen.

Het voorgenomen verbod op gebruik van AI-software betreft de gratis diensten. De staatssecretaris erkent dat generatieve AI ook kansen en mogelijkheden biedt. Voordat ze AI-toepassingen breed wil integreren binnen de Rijksoverheid, laat ze verschillende experimenten uitvoeren. Dat lijkt het standaard overheidsantwoord op technologische ontwikkelingen. Het klinkt weinig voortvarend. De mogelijkheden binnen de overheid liggen nu al voor het oprapen, bijvoorbeeld ondersteuning bij: het vertalen van overheidsjargon in gewone mensentaal (bijvoorbeeld voor publiekscommunicatie), het maken van een managementsamenvatting van lange teksten, of het opstellen en vertalen van brieven, e-mails etc.

Simpelweg verbieden van een razend populaire chatbot remt de innovatie en kan mogelijk averechts uitpakken. AI-tools zijn niet meer weg te denken uit de samenleving. De ontwikkeling van generatieve AI gaat razendsnel. Het gebruik van AI-tools laat zich niet afremmen en zal blijven toenemen. Oogluikend toestaan, zoals nu regelmatig het geval bij ingebruikname van SaaS-applicaties, vormt een bedrijfsrisico op het vlak van data, privacy en informatiebeveiliging. Dit stelt iedere overheidsorganisatie voor het dilemma: kiezen voor verbieden of verantwoord gebruik? Mijn advies is: benut de efficiencyvoordelen die AI-tools bieden, maar investeer in training en het opstellen (en handhaven) van spelregels.

Rijnland wint verenigingsbokaal Amstel Drecht

Via Strava en LinkedIn werd ik gevraagd deel te nemen aan  de Amstel Drecht Regatta: “Als jullie nog zin hebben met de 8+ naar de Amstel Drecht te komen, zou leuk zijn – we hebben al vijf 8-en bij elkaar nu.” Binnen mijn acht was er niet veel animo om de wedstrijd te starten, maar deelname van acht roei(st)ers lukte nog wel. We schreven onze afvaardiging maximaal in voor tijdraces in skiff en tweetjes verdeeld over twee blokken.

Zaterdagochtend werden de boten met de kleine botenwagen naar Michiel de Ruyter in Uithoorn gebracht. Het botenhuis is prachtig gelegen in Natuurgebied Uithoorn, tegenover het Fort aan de Drecht dat deel uitmaakt van de oorspronkelijke verdedigingslinie rond Amsterdam. Het watergebied tussen Uithoorn en Amstel-Drecht vormt een prachtig landschap van breed en kalm water met uitdagende rivierbochten omzoomd door groene oevers. Zaterdagmiddag werd de baan van de kronkelende Amstel verkend.

Zondagmiddag werden de wedstrijden over een afstand van 4 km in twee blokken verroeid. Met een straf windje in de rug werd er snel geroeid. Nu bleek ook dat veel boten moeite hadden met een scherpe bocht in het traject. Een aantal boten moest zelfs houden en strijken om uit het riet los te komen. Wij kregen de tip om de bocht zoals Verstappen van buiten naar binnen te nemen. Zo bleven wij op snelheid en zagen achter ons een naderende dubbeltwee bijna haaks op de kant aansturen. Daarna hadden wij zelf grote moeite een dubbelvier  buitenom in te halen.

Na afloop van de wedstrijden werden de prijzen uitgereikt. Een blikje koud bier voor ploegen met één deelnemer in hun veld en echte roeiblikken voor winnaars van de velden met meerdere deelnemers. Voor de best presterende verenging was er een wisselbokaal aanwezig. Het verhaal gaat dat de verenigingsbokaal Amstel Drecht de eigenschap heeft dat de bokaal ieder jaar zoek is en het ingraveren van de winnende vereniging meestal vertraging oploopt. De bokaal kwam nu gelukkig vlak voor de wedstrijd weer boven water en wij mochten de bokaal als winnende vereniging even vasthouden.

Uitslagen Amstel Drecht Regatta

Rijnland collectief zegeviert in München

Roeivereniging Rijnland uit Voorschoten was vorig jaar de best presterende vereniging  tijdens World Rowing Masters Regatta op de roeibaan van Libourne bij Bordeaux. Dit jaar heeft Rijnland opnieuw met succes om overwinningen gestreden tegen de beste veteranenroeiers (wedstrijdroeiers in leeftijdscategorieën vanaf 27 jaar) ter wereld tijdens de Euro Masters Regatta. Met meer dan 3.000 inschrijvingen en 2.200 roeiers van 547 clubs en zes continenten had de regatta een sterk deelnemersveld. De wedstrijden vonden van 27 tot 30 juli plaats in het Olympic Regatta Centre in München, een van de meest gerenommeerde roeibanen.

Een hoogtepunt voor de Rijnland-equipe was de finalerace van Bernard Luttikhuizen in de skiff. In 1972 nam Bernard op dezelfde roeibaan deel aan de Olympische Spelen in de twee met stuurman. Meer dan vijftig jaar later behoort hij nog steeds tot de wereldtop in zijn leeftijdscategorie. Na een rustige start roeide hij met lange krachtige halen al zijn tegenstanders voorbij. Even lag hij aan de leiding, maar daarna kon hij de eindsprint van de Oostenrijker Willy Koska niet meer pareren. Met een prachtige zilveren medaille werd hij gehuldigd als vice-kampioen.

Succes was er ook voor de heren dubbeltwee (Michiel Pluim en Fred Ruoff) die twee overwinningen behaalde in verschillende leeftijdscategorieën. Een afgetekende winst was er ook voor Hans Link en Johan IJff in de dubbeltwee. Ook de heren vier-zonder-stuurman (Eric ter Mors, Jan van Vliet, Jaap Stumphius, Jan Willem Boissevain) roeide onbedreigd naar de finish. Tenslotte was er winst voor de twee-zonder-stuurman (Henk Stefels, Henk Helle). Het aantal overwinningen had veel hoger kunnen uitvallen als alle races verroeid hadden kunnen worden. Op de laatste dag gooide onweer roet in het eten. Een aantal kansrijke races kon daardoor helaas geen doorgang meer vinden.

Het succes van het wedstrijdroeien binnen Rijnland wordt gedreven door de kernwaardes over de kracht van samenwerking en eenheid binnen het roeiteam. In een roeiboot moeten alle roeiers en stuurlieden harmonieus samenwerken. Elke roeier vertrouwt op zijn teamgenoten en leert te luisteren naar het ritmische geluid van de riemen. Er is geen ruimte voor ego’s of zelfzucht. Elke slag en elke beweging heeft invloed op het hele schip. Dit bevordert de discipline, communicatie en wederzijds respect. De collectiviteit gaat verder dan het roeien in de boot. Het betreft ook de zorg voor het materiaal, de coaching van het team, de organisatie van de trainingen en de wedstrijden en het steunen en aanmoedigen van clubgenoten.

Binnen Rijnland speelt de coach een cruciale rol bij het smeden van een hecht team en het bevorderen van een goede en uniforme roeitechniek. Ervaren coaches hebben het wedstrijdroeien binnen Rijnland naar een hoog niveau getild. Een van die coaches is Koos Bazuin. Hij begeleidde in zijn jonge jaren ploegen op weg naar de Olympische Spelen van Mexico en München. Afgelopen dertig jaar heeft hij zijn stempel gedrukt op het wedstrijdroeien binnen Rijnland. De behaalde successen in Libourne en München zijn een kroon op zijn werk.

Donderdag 27 juli 2023: MM 8+ G
Vrijdag 28 juli 2023: MM 4- H

Zaterdag 29 juli 2023: MM 4+ G

Uitslagen Roeivereniging Rijnland

Sfeerimpressie Willem Handels

Groot Voorschoten – 11 augustus 2023
Telstar – 16 augustus 2023

Poëzie van brandend bos. Nu te zien!

Kunstenaar is Oscar Santillán maakt gebruik van data die satellieten verzamelen van bosbranden op aarde. Met een groep experts ontwikkelde hij een kunstwerk dat een brug slaat tussen wereldwijde klimaatproblemen en de exploderende potentie van nieuwe technologieën, met de blockchain als artistiek medium.

Satellieten registreren bosbranden op aarde. Op basis van real-time satellietdata schrijft een AI-systeem een gedicht over het brandende bos, dat in een digitale animatie wordt getoond op schermen in de binnentuin van een Haags overheidsgebouw. Elke animatie van een gedicht is uniek en onvervangbaar en fungeert als een overlijdensbericht opgeslagen als een NFT. De locatie en de datum van de brand zijn voor iedereen toegankelijk in de NFT-metadata via Ethereum blockchain.

In de afgelopen decennia zijn bosbranden wereldwijd aanzienlijk in omvang en intensiteit toegenomen. Ze vormen een ernstige bedreiging voor ecosystemen, biodiversiteit en menselijke gemeenschappen. Ze leiden ook tot bodemerosie, verslechtering van de waterkwaliteit, verhoging van de uitstoot van broeikasgassen, waaronder CO2, en dragen bij aan klimaatverandering. Herstel van ecosystemen na bosbranden kan jaren of zelfs decennia duren, en sommige schade is mogelijk onomkeerbaar.

Klimaatverandering speelt een cruciale rol bij het versterken van de omstandigheden die leiden tot grotere bosbranden. De opwarming van de aarde leidt tot langere en intensere hittegolven, waardoor de droogte in veel bosgebieden toeneemt. Bosbranden in Canada hebben dit jaar al meer dan tien miljoen hectare bos verwoest. Dat komt neer op een gebied dat 2,5 keer zo groot is als de oppervlakte van Nederland.  De website van weerradar-live toont de bosbranden en brandhaarden op een wereldkaart.

Data en technologie kunnen worden gebruikt om maatschappelijke problemen zoals klimaat en bosbranden te visualiseren en aan de orde te stellen. Dit kan helpen om mensen bewuster te maken van de klimaatproblemen en te motiveren tot actie. Cryptokunst is een nieuwe vorm van digitale kunst die kan worden gebruikt om maatschappelijke problemen te visualiseren en aan de orde te stellen door middel van NFT’s (non-fungible tokens). NFT’s zijn unieke digitale tokens die kunnen worden gebruikt om cryptokunst te verifiëren en te verhandelen. Dit maakt het mogelijk om cryptokunst te gebruiken om geld in te zamelen voor goede doelen. Bekende voorbeelden van cryptokunst voor goede doelen zijn Climate Pledge Collective en Save the Amazon die met een reeks NFT’s aandacht vragen voor klimaatverandering en ontbossing van het Amazonegebied en geld inzamelen voor organisaties die zich inzetten om die problemen op te lossen.

De tentoonstelling van Oscar Santillán duurt tot eind van dit jaar. Met dagelijks 1 tot 3 grote bosbranden verwacht hij ongeveer 500 NFT’s te produceren. Van de opbrengst wordt 15 procent gedoneerd aan goede doelen tegen klimaatverandering.

Wegwijs in het digitale doolhof

De digitale overheid is als een doolhof: je weet waar de zoektocht begint maar nooit waar en wanneer deze zal eindigen. Regelmatig raken burgers verstrikt in de onoverzichtelijke wirwar van instanties, portalen, regels en registraties. De overheid is zich hiervan bewust en maakt er werk van om iedereen mee te laten doen in de digitale samenleving. In plaats van het afbreken van scheidingsmuren of vereenvoudigen van regels wordt begeleiding aangeboden bij het betreden van het digitale doolhof.

Voor vragen over DigiD, toeslagen, gemeentelijke regelingen of andere overheidszaken kunnen mensen voortaan terecht bij het Informatiepunt Digitale Overheid in de Bibliotheek. Een voorlichtingsfilmpje laat zien hoe het Informatiepunt een vrouw kan helpen die iets moet regelen met de gemeente maar geen raad weet met de website. Een buurman vertelde haar over het Informatiepunt Digitale Overheid. De medewerkster bij het Informatiepunt wist precies wat ze nodig had en samen maakten ze een afspraak met de desbetreffende persoon bij de gemeente. Dan vraag ik mij toch af waarom die vrouw niet gewoon telefonisch een afspraak met de gemeente had kunnen maken. Dat lijkt mij minder omslachtig dan via een buurman, een Informatiepunt en een digitaal portaal.

In navolging op banken, verzekeraars en het bedrijfsleven kan de overheid niet om digitale dienstverlening heen. Het is een goede zaak dat daarbij op laagdrempelig niveau via bibliotheken ondersteuning wordt geboden bij de toegang tot publieke dienstverlening. Iedereen moet mee kunnen doen in de digitale samenleving, maar een groot deel van de bevolking beschikt niet over de noodzakelijke digitale basisvaardigheden. De overheid schat dat ongeveer 11 procent van de Nederlanders problemen heeft met het werken met digitale hulpmiddelen. Onder Nederlanders van 55 jaar en ouder is dit zelfs 20 procent. Gebrek aan digivaardigheden  kan mensen belemmeren in het onderwijs, op de werkvloer en bij het regelen van zaken met banken, verzekeraars, bedrijven, de overheid en andere instanties.

Digitale vaardigheden zijn cruciaal om te kunnen functioneren in de huidige samenleving. Gemeenten worden daarom terecht gefinancierd om de achterstanden in digitale vaardigheden bij hun inwoners aan te pakken door scholing, ondersteuning en voorlichting. Het kabinet heeft daarnaast het voornemen om digitale geletterdheid toe te voegen aan het curriculum voor basis- en voortgezet onderwijs, zodat leerlingen al vroeg beschikken over voldoende vaardigheden om optimaal gebruik te maken van de mogelijkheden die digitalisering biedt. Na jarenlange inzet vanuit diverse organisaties wordt nu gewerkt aan digitale vaardigheden voor álle kinderen,  maar de politiek is daarover nog verdeeld. NLdigital stuurde samen met 12 andere organisaties een brandbrief naar de Tweede Kamer met de oproep om digitale geletterdheid niet weg te bezuinigen. Een Kamermotie om de middelen voor basisvaardigheden alleen in te zetten voor taal en rekenen is inmiddels verworpen. Een motie om digitale geletterdheid niet onder de basisvaardigheden te laten vallen is (nog) niet in stemming gebracht.

NLdigital nodigt organisaties uit hun oproep, digitale geletterdheid vast onderdeel te maken van het curriculum, te ondersteunen.  Daarmee wordt een belangrijke stap gezet naar digitale inclusie, waarbij iedereen kan meedoen in de digitale samenleving. Laten we het kabinet eveneens steunen in het voornemen om digitale diensten beter te laten aansluiten op de gebruiker, waarbij online overheidsdiensten begrijpelijk, toegankelijk en makkelijk vindbaar zijn. Burgers hebben geen keuze en mogen niet verdwaald raken in een digitaal doolhof waarin zij van het kastje naar de muur worden gestuurd, zelfs als zij het slachtoffer zijn van uitvoeringsfouten van dezelfde overheid.

Binnen de lijntjes kleuren

DALL·E 2023-02-25 14.41.56 – kunstmatige intelligentie leert het landschap van Piet Mondriaan binnen de lijntjes te kleuren

Begin dit jaar werd ChatGPT gepresenteerd als een doorbraak van kunstmatige intelligentie, vergelijkbaar met het internet en de smartphone, die onze wereld voorgoed zou veranderen. Ontwikkelaar OpenAI laat zien wat je met rekenkracht en een grote hoeveelheid tekstdata kunt doen. Hun chatbot produceert na iedere vraag razendsnel coherente tekst en lijkt zorgvuldig getraind om gebruikers te behagen met politiek correcte antwoorden.

ChatGPT kan statistisch voorspellen welke woorden en zinnen logisch achter elkaar horen en verschaft daardoor het meest waarschijnlijke antwoord. Als ik vraag naar mijn levensloop, dan is het antwoord: “Jan Willem Boissevain (1923-1944) was een Nederlandse verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op 1 oktober 1944 werd Boissevain samen met zeven andere verzetsstrijders gefusilleerd op de Waalsdorpervlakte.” Mijn naam is weliswaar uniek, maar wordt hier verward met die van Gideon Willem Boissevain. Dan nog, kloppen zijn geboorte- en overlijdensjaar niet. Informatie die toch makkelijk op internet te vinden is. Als ik een simpel Snip en Snap raadseltje voorleg “Het is de zoon van mijn vader, maar het is niet mijn broer.” dan krijg ik een fout antwoord: “Het is uw neef”. Als ik antwoord met de oplossing, dan word ik in het gelijk gesteld en beleefd gecomplimenteerd.

Erg betrouwbaar en intelligent is ChatGPT dus niet, maar het is wel opvallend goed opgevoed. OpenAI heeft maatregelen genomen om problemen met ongepaste antwoorden te beperken. Keniaanse microworkers worden ingezet om de teksten, die de chatbot gebruikt om de antwoorden te componeren, op te schonen. Een chatbot die racistische en seksistische taal uitslaat is namelijk de nachtmerrie van iedere chatdienstaanbieder. Zo moest Microsoft zeven jaar geleden hun Twitterbot Tay in allerijl offline halen nadat de bot, in minder dan 24 uur na introductie, racistische, genocidale en vrouwonvriendelijke berichten naar gebruikers begon te sturen. Microsoft heeft recent ook beperkingen moeten opleggen aan het gebruik van BingGPT, nadat deze nieuwe AI-gedreven chat- en zoekdienst door gebruikers was betrapt op fouten en ongepaste antwoorden.

We spreken van kunstmatige intelligentie wanneer een machine een voorspellende taak sneller, goedkoper en accurater kan uitvoeren dan waar een mens toe in staat is. Sneller en goedkoper zijn robots zeker, maar niet per definitie accurater. Dat ligt niet primair aan de robot, maar aan de data waarop die is getraind. Die data zijn niet altijd representatief en kunnen menselijke vooroordelen bevatten. Zo moest een internationaal e-commercebedrijf een zelfontwikkelde tool voor het beoordelen van sollicitaties schrappen, nadat gebleken was dat deze onder meer vooroordelen had tegen aanmeldingen van vrouwen. Dit werd veroorzaakt door de data waarmee de tool was getraind, waarbij de meeste sollicitaties afkomstig waren van mannen.

Vooroordelen komen ook voor in de tekstdata waarop ChatGPT is getraind, en kunnen daarom ook voorkomen in antwoorden die de chatbot geeft. Die vooroordelen in de data vormen een beperking bij toepassing van ChatGPT, maar bieden soms voordelen. Zo las ik in het fd over een opmerkelijke dienst op basis van ChatGPT van het Amerikaanse DoNotPay.  Dit bedrijf ontwikkelde een nieuwe app gebruikmakend van vooroordelen van klagende consumenten. De app kan onderhandelen met een chatbot van een klantenservice, zoals voor het verlagen van een factuur of het opzeggen van een abonnement.

De professionele toepasbaarheid van ChatGPT is vooralsnog beperkt. De betrouwbaarheid van de output is ook nog veel te zwak om gegenereerde teksten letterlijk over te kunnen nemen. Onderzoekers kwalificeren ChatGPT als een ‘stochastische digitale papegaai’, een tool die toeval genereert en niet kan redeneren. Voor het domme productiewerk hebben we er een schrijfhulprobot bij gekregen, maar we moeten zelf nog het intelligente werk blijven doen.

Ingrijpen kun je leren, ook bij pesten

Als president-commissaris ontvang je twee anonieme klachtbrieven waarin de ceo een schrikbewind wordt verweten. Wat doe jij? Die vraag stelde ik in mijn Twitter-netwerk. Ik doe niets, want de meldingen zijn anoniem zegt 27 procent. Eenzelfde percentage zou direct een onderzoek starten; 46 procent gaat eerst met de ceo in gesprek.

Die laatste optie zou ook mijn voorkeur hebben, want wederhoor mag niet ontbreken bij ernstige beschuldigingen. Ook zelfreflectie is hier op zijn plaats. Waarom worden de meldingen anoniem gedaan? Ontbreekt het aan een veilige omgeving om gevoelige zaken in vertrouwen te melden? Hoe heeft dit gedrag lange tijd ongestoord kunnen plaatsvinden? Had je dit eerder kunnen weten? Welke belangrijke signalen zijn er gemist of genegeerd, zoals: klachten van medewerkers, oplopend ziekteverzuim, burn-out gevallen en hoog verloop van personeel?

Het jaar 2022 is er één van onthullingen van grensoverschrijdend gedrag. Deze kwamen onder andere uit de politiek (D66, PvdA, Volt), overheid (Nationale Politie, Tweede Kamer), publieke omroep (De Wereld Draait Door), sport (Ajax, turnen) en entertainment (The Voice of Holland). Wat hierbij opvalt is dat alle aandacht uitgaat naar de personen die in opspraak zijn geraakt. Zij worden na de eerste onthulling publiekelijk veroordeeld, nog voordat er een onderzoek heeft plaatsgevonden. De mensen onder wier verantwoordelijkheid het allemaal heeft kunnen plaatsvinden en omstanders blijven buiten schot. Meestal is er jarenlang sprake geweest van grensoverschrijdend gedrag, maar signalen zijn genegeerd, er is weggekeken, het gedrag is getolereerd of misschien zelfs wel aangemoedigd.

Wanneer gedrag overschrijdend wordt is persoonlijk en moeilijk exact te definiëren. Het gaat om gedragingen waar één van de partijen niet (vrijwillig) mee instemt op fysiek, emotioneel, seksueel of financieel vlak. Dit kan zowel offline als online gedrag zijn. Onderzoek heeft uitgewezen dat één op de drie medewerkers slachtoffer is van grensoverschrijdend gedrag op het werk. De meest voorkomende vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn: pesten, fysiek of verbaal geweld, ongewenst seksueel gedrag en discriminatie. De onthullingen die nu via de media naar buiten komen, betreffen voornamelijk publieke organisaties. Het is het topje van de ijsberg, want misdragingen op de werkvloer komen overal voor. Bij reorganisaties worden medewerkers vaak letterlijk weggepest. Dat was bijvoorbeeld het geval bij France Télécom, waar leidinggevenden schuldig zijn bevonden aan institutionele intimidatie en het creëren van een cultuur van routinematige pesterijen op het werk die leidde tot een golf van zelfmoorden. De veroordeling van de top van France Télécom is uitzonderlijk. Veel misstanden komen nooit naar buiten en kunnen jarenlang doorgaan zonder dat er iets aan wordt gedaan. Slachtoffers verlaten de organisatie. Collega’s kijken gelaten toe en durven niet in actie te komen uit angst zelf slachtoffer te worden.

Veel mensen zijn getuige van grensoverschrijdend gedrag, maar niemand durft in te grijpen ook al voelen ze dat dit nodig is. Iedereen wacht op een ander om in te grijpen. Dit psychologische fenomeen, waarbij mensen minder snel helpen als ze weten dat er andere mensen in de buurt zijn, wordt het omstanderssyndroom genoemd. Als iemand in het water valt, wachten omstanders tot een ander te hulp schiet, in plaats van zelf direct handelend op te treden. Intussen verdrinkt een persoon in nood, terwijl iedereen toekijkt.

Training kan een belangrijke rol spelen om het omstanderssyndroom te verminderen. Dat blijkt uit het succes van de reanimatie en AED-training. Als een volwassen persoon plotseling in elkaar zakt en niet meer reageert, dan weet een burgerhulpverlener hoe te handelen. Jaarlijks volgen vele vrijwilligers daarvoor een bijscholingscursus. Via een alarmeringssysteem kunnen zij worden opgeroepen om binnen zes minuten te starten met reanimatie bij een hartstilstand. Duizenden levens per jaar worden daardoor gered. Een vergelijkbare opzet zou ook het omstanderssyndroom bij grensoverschrijdend gedrag op het werk kunnen verminderen. Door snel en effectief te reageren kunnen omstanders persoonlijke schade helpen beperken. Leidinggevenden en medewerkers moeten worden getraind om grensoverschrijdend gedrag te herkennen en de juiste professionele hulp in te roepen. Training kan ook bijdragen aan het bevorderen van een cultuur van inspiratie en waarden op de werkvloer.

Opinie Trouw – 6 februari 2023

De sleutel voor toekomstbestendige ICT

Overheidsorganisaties verwachten komende jaren een grote uitstroom van oudere medewerkers. Meer dan 40 procent gaat binnen 3 jaar met pensioen. Binnen 5 jaar is de uitstroom van oudere medewerkers bijna 60 procent, waarvan de grootste groep de ICT-professionals betreft. Waardevolle ICT-kennis en -ervaring verlaat in korte tijd de overheid.

ICT’ers met carrièrestart in de tachtiger jaren gaan komende jaren met pensioen. Zelf maak ik ook deel uit van de bevoorrechte generatie die de opkomst en snelle ontwikkeling van de ICT mochten meemaken. Het begon met het ontwikkelen van transactiesystemen op mainframecomputers in COBOL-programmeertaal. De domme terminal maakte daarna plaats voor de personal computer, waardoor de automatisering zich ontwikkelde in alle lagen van de organisatie. De komst van het internet zorgde voor een versnelling en verspreiding binnen de samenleving. Dankzij cloud- en mobiele technologie kunnen mensen onafhankelijk van plaats en tijd communiceren en samenwerken. En de ontwikkelingen staan niet stil: de samenleving verandert onverminderd in rap tempo, mede als gevolg van voortschrijdende digitalisering.

Technologische innovatie en nieuw beleid hebben geleid tot een groot aantal nieuwe systemen, die er veelal in aanvulling op de bestaande systemen zijn gekomen. In de praktijk is het lastig gebleken de oude systemen te vervangen door nieuwe technologie. De voorkant is vernieuwd, maar de achterkant bevat nog verouderde software die uitgefaseerd moet worden. Het gaat hierbij veelal om de transactiesystemen die in de tachtiger en negentiger jaren zijn ontwikkeld en gebaseerd zijn op oude ontwikkeltalen. De kennis van deze talen en systemen is schaars en veelal slechts aanwezig bij de medewerkers die de komende jaren vertrekken. De oude systemen bij overheidsorganisaties, zoals het UWV, de SVB en de Belastingdienst, moeten dus ook met pensioen. Binnen nu en vijf jaar moeten ze gemoderniseerd zijn op basis van moderne technologie. Hierbij kan worden gedacht aan het vervangen van maatwerk door standaard low code technologie: een platform voor modellering van de business en geautomatiseerde productie van de software. Binnen de overheid kan ook winst worden behaald door het elimineren van redundante gegevensverwerking.

Rabobank en ING waarschuwen in hun thema updates dat er onvoldoende ICT’ers zijn om digitale ambities bedrijven en organisaties te realiseren. Er is sprake van een groeivertraging, met name door het personeelstekort, maar tegelijkertijd blijft de vraag naar technologie en advies op een hoog peil. De capaciteit ontbreekt om op korte termijn aan de groeiende vraag te voldoen. Op basis daarvan stelt Rabobank de groeiverwachting 2 procent neerwaarts bij. De Belastingdienst luidde recent al de noodklok over het tekort aan ICT’ers. Als gevolg van een groter dan voorziene uitstroom is de Belastingdienst de komende jaren naar verwachting niet in staat om alle beleidsopgaven die de Belastingdienst heeft te realiseren, zoals modernisering en verbetering van de informatievoorziening.

Overheidsorganisaties staan de komende vijf jaar voor de taak om hun informatievoorziening toekomstbestendig te maken. Dit begint met het oppakken van kennisbeheer en tijdige overdracht van kennis van vertrekkende medewerkers naar de jongere generatie. De volgende prioriteit is het behouden en binden van de eigen medewerkers, door het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden en een marktconform salaris. Daarnaast moeten overheden structureel nieuw personeel blijven werven en daarbij in aantrekkingskracht wedijveren met bedrijven. Overheidsorganisaties leunen steeds sterker op ICT. Overheden kunnen een innovatieve werkomgeving bieden met een maatschappelijke opgave. De techniek vormt niet langer een belemmering. Behoud en werven van personeel is de sleutel voor toekomstbestendige ICT die meegroeit met maatschappelijke en technologische ontwikkelingen.

Rijnland triomfeert op internationaal roeitoernooi

Roeivereniging Rijnland uit Voorschoten heeft dit jaar uitzonderlijk goed gepresteerd op de World Rowing Masters Regatta. Dit is het grootste roeitoernooi ter wereld voor veteranen (wedstrijdroeiers in leeftijdscategorieën vanaf 27 jaar), boord-aan-boord over 1.000 meter, met vier dagen lang elke drie minuten een start. Zo’n 3.200 veteranen uit 45 landen namen dit jaar deel op de roeibaan van Libourne bij Bordeaux. Rijnland won de Club Trophy Award als overall best presterende vereniging.

Succes was er zowel voor de vrouwen als de mannen van Rijnland in diverse boottypes en leeftijdscategorieën. De mannen keerden met 10 overwinningen huiswaarts. De Rijnland vrouwen waren 6 keer de snelste in hun race. In alle races waarin Rijnland deelnam eindigden zij voor in het veld, getuige ook de vele tweede en derde plaatsen die werden behaald. Die resultaten tellen mee voor het clubklassement, maar de medailles worden in de roeisport enkel aan de deelnemers van de winnende boot uitgereikt. De Rijnland-equipe bestond uit 36 roei(st)ers, waarvan er 23 één of meerdere medailles wist te winnen in de skiff en meermansboot.

De behaalde resultaten zijn een weerspiegeling van de kracht van de roeivereniging Rijnland in de breedte. De wedstrijdselectie bestaat niet alleen uit oud-studentenwedstrijdroeiers, maar ook uit zij-instromers die vanuit een andere wedstrijdsport overstappen op het roeien in competitief verband. Het sociale en gezonde karakter van de roeisport zijn de belangrijkste beweegredenen om lid te worden van een roeivereniging. Roeivereniging Rijnland onderscheidt zich door professionele instructie van beginnende roeiers en begeleiding van wedstrijdroeiers door ervaren coaches die de roeiers conditioneel en technisch op hoog niveau brengen. Die aanpak heeft zich dit jaar bewezen, getuige het succes in de World Rowing Masters Regatta.

Groot Voorschoten 24-09-2022

Eerste leden van golfclub ‘Hilversum en Omstreken’

Zittend van links naar rechts: Elisabeth Antonia ‘Li’ Boissevain (1864-1906) Cecilia Louise Boissevain (1875-1944), Anna Maria ‘Ann’ Boissevain (1872-1916), Maria ‘Sissy’ Blijdenstein (1876-1910) Jan Boissevain (1836-1904), Maria ‘Mia’ Boissevain (1878-1959), Willem Boissevain (1849-1925), Mevrouw Mathilde Boissevain-de Geer (1867-1945), (onbekend; misschien Herman Adriaan van den Wall Bake), Petronella Johanna ‘Nella’ Boissevain (1873-1970), Helena Mensina ‘Heleen’ Boissevain (1867-1946).
Op de voorgrond: Walrave Boissevain (1876-1944) en Joachim Frederik de Beaufort (1876-1959).Zittend van links naar rechts: Elisabeth Antonia ‘Li’ Boissevain (1864-1906) Cecilia Louise Boissevain (1875-1944), Anna Maria ‘Ann’ Boissevain (1872-1916), Maria ‘Sissy’ Blijdenstein (1876-1910) Jan Boissevain (1836-1904), Maria ‘Mia’ Boissevain (1878-1959), Willem Boissevain (1849-1925), Mevrouw Mathilde Boissevain-de Geer (1867-1945), (onbekend; misschien Herman Adriaan van den Wall Bake), Petronella Johanna ‘Nella’ Boissevain (1873-1970), Helena Mensina ‘Heleen’ Boissevain (1867-1946).
Op de voorgrond: Walrave Boissevain (1876-1944) en Joachim Frederik de Beaufort (1876-1959).

Dat de geschiedenis van de Hilversumsche Golfclub verder teruggaat dan 1910 is inmiddels wel bekend. De vroegste meldingen dateren al van 1895, maar hoe de club er tijdens deze oudste geschiedenis precies heeft uitgezien is nog steeds een raadsel. Was het wel echt een club? Waren er leden? Werden er wedstrijden gespeeld? 

Door: Arnout Janmaat

Een stuk uit Het boek der sporten (1900) en enkele krantenberichten bewijzen de oudste geschiedenis van de club, maar vooral de beroemde foto van 1896 spreekt tot de verbeelding. Uit de jubileumboeken weten we de datum van de foto en de namen van twee personen die hierop staan afgebeeld: Willem Boissevain, de voorzitter ‘het ijverige bestuur’, en de uitstekende golfspeler Walrave Boissevain. (1) 

Het archief van de familie Boissevain in Stadsarchief Amsterdam leek een prima plaats om meer antwoorden te vinden op vragen over de vroege geschiedenis, maar helaas, in de archiefbescheiden van Willem Boissevain is vooral informatie over zijn financiële handel en wandel te vinden naast enkele familiefoto’s. (2) Nieuw onderzoek heeft echter wel nieuwe informatie over de beroemde eerste foto van de club opgeleverd.

Op 7 juni 1896, de datum van de foto, vond er op de golfclub ‘Hilversum en Omstreken’ een onderlinge handicap wedstrijd plaats, ‘uitgeschreven voor hare leden’. De eerste prijs werd gewonnen door J.C. Gülcher met 53 punten, gevolgd door mejuffrouw M. Bijdenstein en mevrouw Boissevain-de Geer. De ‘open match’ na afloop werd gewonnen door J.F. de Beaufort met 53 slagen, aldus een artikel uit het Algemeen Handelsblad van 8 juni 1896. Hij had 8 slagen meer nodig dan het baanrecord dat uit 1900 voor deze 1996 yards lange baan. (3) Met deze informatie, foto’s uit het archief van de familie boissevain en wat zoeken op internet zijn er nu al behoorlijk wat personen op de foto te identificeren. (4)

Winnaar Jan Cornelis Gülcher

Jan Cornelis Gülcher (1851-1933) bijvoorbeeld, de winnaar van de wedstrijd. Hij staat, geflankeerd door twee caddies, in het midden van de foto – een lichte hoed met zwarte band wat schuin op zijn hoofd en gehuld in een witte blouse met strik. Gülcher moet goed bekend zijn geweest met de nieuwe Engelse sporten die populair werden onder ‘moderne’ families. (5) Hij doorliep de jongens kostschool Noorthey, waar Engelse sporten werden onderwezen. Later werd hij samen met zijn broer eigenaar van de plantage ‘Rust en Werk’ in Suriname. 

Gülcher was op het moment van de foto tevens grondeigenaar en wethouder van Hilversum, twee jaar later zou hij de burgemeester worden. Hij was getrouwd met de Ierse Amelia Denny. Op zijn landgoed ‘Hooge Dreuvik’ had Gülcher twee gras tennisbanen laten aanleggen. (6) Opvallend is dat Gülcher in de gemeenteraad ijverde hij voor het verlenen van een vergunning aan de golfclub voor het huren van het terrein van Stad en Lande, hetgeen ook gebeurde. De club speelde al op het ‘gedeelte heide achter de gasfabriek’ waar John Duncan Dunn de baan had uitgezet en daar werd nu ook een vergunning voor verleend. (7)

‘Mejuffrouw M. Blijdenstein’, de winnares van de tweede prijs, is Maria Catharina Johanna Blijdenstein (1876-1910), een bekende tennisspeelster uit Hilversum. Zij was de dochter van Benjamin Willem Blijdenstein, oprichter en directeur van de Twentsche Bank en een fervent sportliefhebber. Hij was de eerste die een betonnen tennisbaan op zijn landgoed ‘Vogelenzang’ liet aanleggen. Zoon Herman was één van de oprichters van de Hilversumsche Footballclub ‘t Gooi en, samen met Gülcher en Van Lennep, van de Hilversumsche Lawntennisclub in 1895. Maria dubbelde vaak met een broer of zus, die haar ook op de golfbaan vergezelden. Walrave Boissevain was kind aan huis bij de familie Blijdenstein. Maria Blijdenstein trouwde in 1898 met Walrave Boissevain. (8)

Joachim Ferdinand de Beaufort, winnaar open match

De winnaar van de open match op 7 juni 1896 was Joachim Ferdinand de Beaufort (1876-1959), neefje van Tweede Kamerlid en later minister van Buitenlandse Zaken Willem Hendrik de Beaufort. Joachim was een goede vriend van Walrave Boissevain, speelde golf met hem en samen jaagden ze ook. De Beaufort was een bankier, werkzaam bij Van Eeghen en Co. en later directeur van De Nederlandse Bank. Op de foto zit Joachim, met golfstok om zijn schenen geklemd, naast zijn vriend Walrave. (9)

Mevrouw Boissevain-De Geer, nummer drie van de wedstrijd, was Mathilde Margaretha Cornelia de Geer, tweede vrouw van Willem Boissevain. Zij was de dochter van de invloedrijk hoogleraar Barthold Baron de Geer van Jutphaas. Willem Boissevain trouwde eerder in Londen met Cecilia Henriette Catherine Nugent, dochter van een Ierse Markies. Het is dus niet ondenkbaar dat Willem, die zelf half Engels was, het spel in Engeland gezien heeft en dit vervolgens met familie en vrienden in zijn eigen woonplaats wilde spelen. De Van Brienens en Del Courts waren hem op die manier voor gegaan en de rest is geschiedenis.

De andere personen op de foto zijn voor het merendeel afkomstig van de familie Boissevain. Het is moeilijk om ze allemaal exact te identificeren, maar onderstaande lijkt een veilige inschatting.

Voetnoten

1 A.A. Del Court van Krimpen, ‘Golf’ in: Feith, J., Het boek der sporten (1900) 120.

2 Stadsarchief Amsterdam, toegangsnummer 394: archief van de familie Boissevain en aanverwante families, inventarisnummers 562-587.

3 A.A. Del Court, ‘Golf’, 120.

Algemeen Handelsblad, 8 juni 1896.

5 J. Luitzen en P. Delheye, ‘The reintroduction of  cricket in the netherlands’, The international journal of the history of sport (2014).

6 Adriaan Plomp, ‘B.W. Blijdenstein, bankier, filantroop en schaker’, HHT-EP (2004) 26.

De Gooi en Eemlander, 20 juni, 27 juni en 11 juli 1896. A.A. Del Court, ‘Golf’, 120.

8 A. Plomp, ‘B.W. Blijdenstein, bankier, filantroop en schaker’, HHT-EP (2004) 26.

9 Walrave Boissevain, Mijn leven (1950) 65, 112, 219.

Arnout Janmaat is archivaris van de NGF-commissie Erfgoed en heeft artikelen geschreven voor verschillende clubbladen. 

Bron: GOLF.NL