Virtuele troost

Tot voor kort reisden we nog dagelijks voor ons werk naar kantoor. Voor het bijwonen van een conferentie vlogen we de wereld rond. Om te sporten gingen we naar een sportvereniging of sportschool. Voor bezichtiging van kunst begaven we ons naar een museum. En na een lange werkdag keerden we weer terug naar huis voor het avondeten. Maar door corona werd alles van de ene op de andere dag anders.

Door de lockdown kwamen kantoren leeg te staan. Sportverenigingen, sportscholen en musea gingen op slot. Evenementen wereldwijd werden gecanceld. Onze leefwereld concentreerde zich voortaan tot onze huiskamer voor al onze dagelijkse activiteiten. De stressvolle autoritten van afspraak naar afspraak werden vervangen door een simpele muisklik van Teams naar Zoom of WebEx. Voor de noodzakelijke lichaamsbeweging moesten we ons behelpen op de hometrainer en af een toe een wandeling in de buitenlucht.

Terwijl onze fysieke bewegingsvrijheid werd beperkt, bloeide in korte tijd een nieuwe virtuele wereld op. Musea brachten virtuele tours die vanaf de bank te bewonderen zijn. Sportscholen openden kanalen met online yoga- en fitnesslessen. Musici en koorleden zochten elkaar op om samen op afstand muziek te maken en te zingen. De virtuele sportwereld kende een ongekende vlucht, van fietsen, tennis, golf tot darten: iedere sport heeft wel een virtuele variant. Virtueel bezoek aan huisarts en ziekenhuis bleek opeens een prima alternatief. En veel events werden succesvol omgetoverd tot een virtueel event.

Op tweede Pinksterdag fietste ik vanuit huis samen met 160 deelnemers de eerste virtuele fietselfstedentocht via het programma Zwift. Via Zoom verbindingen, livestream en een speciale app hielden we onderling contact. We zagen elkaar zowel fysiek als virtueel fietsend in het landschap Watopia van Zwift. Het was daarom vooral ook een sociaal evenement, omdat je als groep samen fietst en ervaringen deelt. Omroep Fryslân deed uitgebreid verslag van de tocht, die werd gesimuleerd door fietsen van stad naar stad en stempelen bij de stempelposten onderweg. Zie hier voor een impressie van de fietstocht.

Als ik nu thuis wil fietsen in de Provence, dan selecteer ik een tocht in het programma op mijn computer. Levensechte beelden trekken voorbij. De stijgingspercentages worden automatisch aangepast. Als ik met anderen wil fietsen, dan selecteer ik een sociale groepsrit of wedstrijd en fiets ik met duizenden anderen in een virtueel landschap. Zelf kan ik ook een tocht organiseren en mensen uitnodigen om samen te fietsen. Ik fiets samen met mensen van mijn niveau, maar kan ook kiezen voor een tocht die wordt begeleid door een professionele wielrenner. Het fietsen in een virtuele omgeving en met fietsers uit alle werelddelen motiveert. Het is een leuke ervaring en verslavend.

In het verleden trainde ik op een regenachtige dag wel eens op de fietsrollerbank. Dat hield ik nog geen half uur vol. Het is even saai als het trainen op een roeiergometer. Nu we niet mogen roeien werk ik slaafs ons trainingsschema af op mijn oude Concept2. Wat zou het mooi zijn om daarbij het beeld te zien van het langsstromende water van de Amstel, de Theems of de River Charles. De ergometer zou natuurlijk ook het roeien in een meermansboot moeten kunnen simuleren en corrigeren voor gewicht. Wat zou het leuk zijn mee te kunnen doen aan virtuele roeiwedstrijden over de hele wereld of zelf zo’n wedstrijd te kunnen organiseren. Dat zou de pijn van het gemis van het echte roeien deze coronazomer aanzienlijk kunnen verlichten.

Virtueel actief

Tot voor kort reisden we nog dagelijks voor ons werk naar kantoor. Voor het bijwonen van een conferentie vlogen we de wereld rond. Om te sporten gingen we naar een sportvereniging of sportschool. Voor bezichtiging van kunst begaven we ons naar een museum. En na een lange werkdag keerden we weer terug naar huis voor het avondeten. Maar door corona werd alles van de ene op de andere dag anders.

Door de lockdown kwamen kantoren leeg te staan. Sportverenigingen, sportscholen en musea gingen op slot. Evenementen wereldwijd werden gecanceld. Onze leefwereld concentreerde zich voortaan tot onze huiskamer voor al onze dagelijkse activiteiten. De stressvolle autoritten van afspraak naar afspraak werden vervangen door een simpele muisklik van Teams naar Zoom of WebEx. Voor de noodzakelijke lichaamsbeweging moesten we ons behelpen op de hometrainer en af een toe een wandeling in de buitenlucht.

Terwijl onze fysieke bewegingsvrijheid werd beperkt, bloeide in korte tijd een nieuwe virtuele wereld op. Musea brachten virtuele tours die vanaf de bank te bewonderen zijn. Sportscholen openden kanalen met online yoga- en fitnesslessen. Musici en koorleden zochten elkaar op om samen op afstand muziek te maken en te zingen. De virtuele sportwereld kende een ongekende vlucht, van fietsen, tennis, golf tot darten: iedere sport heeft wel een virtuele variant. Virtueel bezoek aan huisarts en ziekenhuis bleek opeens een prima alternatief. En veel events werden succesvol omgetoverd tot een virtueel event.

Na Pinksteren nam ik deel aan twee alternatieve virtuele events die normaal gesproken niet te combineren waren geweest. Op tweede Pinksterdag fietste ik vanuit huis samen met 160 deelnemers de eerste virtuele fietselfstedentocht via het programma Zwift. Via Zoom verbindingen, livestream en een speciale app hielden we onderling contact. We zagen elkaar zowel fysiek als virtueel fietsend in het landschap Watopia van Zwift. Het was daarom vooral ook een sociaal evenement, omdat je als groep samen fietst en ervaringen deelt. Omroep Fryslân deed uitgebreid verslag van de tocht, die werd gesimuleerd door fietsen van stad naar stad en stempelen bij de stempelposten onderweg. Zie hier voor een impressie van de fietstocht.

Daags na de fietstocht woonde ik via mijn thuiswerkplek Pega’s jaarlijkse klantevent PegaWorld bij. In voorgaande jaren bezochten zo’n 5.000 klanten en partners het meerdaagse event in Las Vegas. Het 2,5 uur durende virtuele event trok meer van 23.000 deelnemers. Pega’s CEO Alan Trefler opende de conferentie vanuit zijn woonkamer met een statement over recente gebeurtenissen in de VS. Vervolgens lanceerde Pega een nieuwe cloudgebaseerde softwarearchitectuur die technologische oplossingen stroomlijnt. Het evenement werd afgesloten met het optreden van Trefler’s favoriete band Dropkick Murpheys.

Na de zomervakantie op 9/11 is het iBestuur congres gepland op sportcentrum Papendal. Het wordt een congres in hybride vorm, dat volledig voldoet aan de anderhalfmeterregel. Een paar honderd deelnemers zijn op locatie. Het dubbele aantal deelnemers volgt het congres online. Er komen sprekers op locatie en sprekers die worden ingestraald. De fysieke wereld en virtuele wereld komen in het congres samen. Dat is dan meteen ook een mooie living lab met reflectie en toekomstverkenning. Hoe kunnen we duurzaam profiteren van het beste uit twee werelden?

Digitaal is het nieuwe normaal

Van de ene op de andere dag gingen we vanuit huis werken. Sindsdien zitten we onafgebroken achter een beeldscherm te vergaderen in videoconferenties. Schaamteloos kijken we in huiskamers van collega’s, partners en klanten. Dat levert op zich nog wel leuke gespreksstof over de situatie thuis, maar hedendaagse videoconferenties zijn bovenal een lesje in efficiëntie. Verdwenen zijn de lange autoritten in de file, gesprekken bij het koffieautomaat en vrijdagmiddagborrels. Nu pas zie ik daarvan de waarde, want het waren momenten op de dag van ontspanning en reflectie.

Na een lange dag vol Zoom-vergaderingen verlang ik terug naar de beleving van de wegtrekkende ochtendnevel boven de Vliet. Het beeld van de opgaande zon, de molens langs de waterkant. Het geluid van eendjes en vogels. Het monotone geluid van het draaien van de riem in de dol. Het genot van borrelende belletjes onder de roeiboot. De coach met zijn roeptoeter en de commando’s van de stuurvrouw. Het lijkt allemaal zo lang geleden. Het eelt op mijn handen is allang verdwenen. Als sportverslaafde was ik gewend aan vier boottrainingen en drie spinningstrainingen per week. Na sluiting van de roeivereniging en de sportschool moest ik op zoek naar een thuisalternatief.

Met het mooie weer in de eerste weken van de lockdown lag het voor de hand om lekker buiten te gaan fietsen. In de eerste week maakte ik nog een paar fietstochten. Het viel mij op dat ik niet de enige was die voor dat alternatief had gekozen. De fietspaden in de duinen waren overvol met naast elkaar fietsende mensen. Bij iedere inhaalactie zat er dan niets anders op dan de anderhalfmeterregel te overtreden. Daarna ging op zoek naar een smarttrainer om thuis te fietsen. Na lang zoeken vond ik een winkel die nog een Tacx fietstrainer in voorraad had. Ik plaatste de fietstrainer achter mijn bureau. Mijn werkkamer is nu een multifunctionele ruimte: werk- en fitnessruimte inéén.

Bij de installatie van een fietstrainer in huis komt nog heel wat kijken. Zo moet de computer geschikt worden gemaakt voor ontvangen van sensoren van fietstrainer en hartslagmeter via Bluetooth. Een trainingsmat is noodzakelijk om geluidsoverlast te voorkomen en de vloer te beschermen. Door ontbreken van rijwind is een goede vloerventilator essentieel. Ik kocht een ventilator die automatisch harder gaat blazen naar mate ik sneller fiets. Daarnaast moest ik de nodige voorzieningen treffen om het overtollige zweet op te vangen met zweetmat en handdoeken. Na afloop van de training moet ik mijn doorweekte fietsschoenen drogen in schoenwarmers.

Als mijn werkdag er op zit klap ik mijn laptop dicht, selecteer een fietsprogramma, draai het beeldscherm en stap op mijn fiets. Via het programma van Tacx kun je mooie routes in Europa fietsen en genieten van het landschap dat op video langstrekt. De stijgingspercentages worden automatisch aangepast. Je kunt wielerklassiekers fietsen en beklimmingen. Zo fietste ik op Goede Vrijdag de laatste 90 kilometer van Milaan-San Remo onder het genot van de Matthäus-Passion. Enkele cols op mijn bucket list, waaronder Tim Krabbé’s Mont Aigoual via Le Vigan, Col de la Loze in de Franse Alpen en El Teide in Tenerife, heb ik inmiddels beklommen. Op dit moment doe ik mee aan de Provence Challenge: zeven etappes in zes dagen, waaronder twee beklimmingen van de Mont Ventoux.

Het populairste fietstrainer programma onder wielrenners is Zwift. Je fietst in een virtueel landschap met duizenden anderen. Je kunt zelfs van elkaar profiteren door in de slipstream van een andere renner te fietsen. Als iemand je voorbijrijdt, word je daartoe zelfs aangemoedigd: “close the gap”. Nu de wielerwereld door het coronavirus op zijn gat ligt, grijpen de wielerprofs massaal naar de fietstrainer om binnen te trainen. Je kunt dus zomaar Robert Gesink of Geraint Thomas tegenkomen op Zwift. Vorige week werd de virtuele Amstel Goldrace toertocht georganiseerd op het wielerplatform Bkool. Op de startlijst stonden bekende namen, zoals Tom Dumoulin, Marianne Vos, Johan IJff en Jan Willem Boissevain. Tijdens de beklimming van de Eyserbosweg zag ik iemand met de naam Tom langs flitsen. Zou hij het echt zijn? Ik probeerde nog bij hem in het wiel te springen, maar hij verdween razendsnel uit beeld. Een dag later zag ik een foto van Tom Dumoulin in de krant na voltooiing van zijn toertocht. Hij zit rechtop op zijn fiets, zijn voeten in de beugels van het stuur. Het  beeld van een balende renner die verlangt naar de koers. Ik dacht direct: die foto wil ik ook, als aandenken aan coronatijd waarin onze leefwereld transformeerde in virtueel en digitaal.